• Overtuig de bewoner

    Laatst zat ik een artikel te lezen over ‘persuasive technology’. Het gaat over hoe je, met ondersteuning van techniek, mensen aan kunt zetten tot het juiste gedrag. Als voorbeeld werd in dat artikel een weg genoemd. Op een hele brede weg word je uitgenodigd om hard te rijden. Is diezelfde weg een stuk smaller dan wordt er minder hard gereden. Het idee van persuasive technology is dat met techniek, bijvoorbeeld LED verlichting, de weg breder en smaller gemaakt kan worden, naar gelang de gewenste snelheid. De gebruiker wordt op deze manier (onbewust) aangezet tot ander gedrag.

    weg verlichting_Bouwhulp

    Je gaat dan eens nadenken over technieken die we in de bouw zouden kunnen gebruiken. We hebben het altijd over ‘de gebruiker centraal stellen’, maar doen we dat ook echt? Uiteindelijk bouw je voor de gebruiker, en wil je met het gebouw de gebruiker ten diensten zijn. Aan de andere kant, als we technieken in moeten zetten om de gebruiker zich volgens een bepaald patroon te laten gedragen, stellen we dan de gebruiker daadwerkelijk centraal? Met technieken die de gebruiker beïnvloeden stel je eigenlijk de maatschappij centraal, net als bij de snelheid op de weg, waar we de maatschappelijk gewenste situatie onbewust willen afdwingen. Wellicht een paar ideeën om te kijken wat de toekomst in de woning ons brengt.

    Misschien is het dan wel mogelijk om met verlichting in de woning een gevoel van comfort op te wekken. Door op koude dagen warme kleuren te gebruiken in de verlichting, ervaart de gebruiker het als warmer. Het gevolg is dat hij de verwarming minder snel hoger in zal stellen. In de zomerperiode kun je juist met koele kleuren werken, waardoor het vertrek koeler wordt ervaren.

    Een andere mogelijkheid heeft te maken met het warmtapwaterverbruik. Een groot deel van de energierekening bestaat uit warm water. Zeker bij de goed geïsoleerdere woningen kan het warmtapwaterverbruik oplopen tot meer dan de helft van het totale gasverbruik. Doordat we steeds betere installaties hebben, maken we er bovendien langer gebruik van, het is comfortabel om lang onder de douche te staan. De zandloper in de douche is meestal niet genoeg om ons te laten stoppen. Maar het is ook mogelijk om met verlichting (steeds koelere kleuren?) of zelfs de fysieke watertemperatuur aan te passen, zodat je merkt dat het minder comfortabel wordt en je daarmee weet dat het lang genoeg heeft geduurd?

    Led douche

    Een combinatie van woningvoorzieningen en het beïnvloeden van de bewoner kan ook. We verwarmen nu onze hele woning op een gelijkmatige temperatuur. Dit doen we veelal via radiatoren of andere afgifte instrumenten. Wellicht moet het gebouw veel kleine stralingspanelen hebben, die met ons meedenken. Als ik op de bank zit doen alleen de panelen bij de bank het, en bij het koken staan de panelen in de keuken aan. Minder hoog, want er komt al warmte van de keuken. Door de chip die je bij je draagt is bekend of die persoon het warm of juist koud wil hebben. De verlichting uit het eerste voorbeeld kan hierbij ondersteuning geven.

    Wat opvalt aan de punten hierboven is dat ze allemaal met comfort te maken hebben. Blijkbaar is dat het terrein waar we met beïnvloeding van de gebruiker hem ook tot ander gedrag aan kunnen zetten.

    Misschien hoeft het allemaal ook niet zo drastisch en is het al voldoende om in een display zichtbaar te maken wat je tot nu toe verbruikt hebt. En dan bedoel ik niet in kuub gas of kWh. Nee, gewoon in euro’s. Dat is toch waar we gevoelig voor zijn. Het gaat dan meer om bewustwording dan om het overhalen/overtuigen van een bewoner. En met de huidige techniek zijn er voldoende voorbeelden voor bewustwording. Zolang de HR-ketel draait om het water op te warmen, of de droger aanstaat om de was weer droog te krijgen, mag er best een rood lampje knipperen. Maar een meekleurende wandcontactdoos, die het (sluip)verbruik aangeeft in kleuren, laat ook duidelijk zien wat er gebeurt. Of een radiator die mee kleurt met de ingestelde temperatuur. Iedere graad meer betekent ook een rodere kleur. Zo zie je wat op een bepaald moment energie vraagt.
    Ik denk dat het beïnvloeden of overhalen van een gebruiker in de woning nog wat ver gaat. Het individuele van een bewoner moet juist gekoesterd worden. Voordat ‘persuasive technlogy’ in de bouw een plek vindt, zal er nog veel gaan gebeuren. Ik denk dat techniek wel veel meer ingezet kan worden bij het overtuigen van bewoners, door zichtbaar te maken wat er om hem of haar heen gebeurt, en op die manier de bewoner te overtuigen dat hij het zelf anders moet doen.

  • De duurzaamheidsopgave

    Tijdens de bijeenkomst ‘Bestaande Bouw Met Toekomst’ van de provincie Noord-Brabant (1), d.d. 9 september 2013, werd gevraagd om een toelichting te geven over de bestaande bouw. Een aantal door de provincie ondersteunde programma’s naderden hun einde en de middag was bedoeld om enerzijds terug te kijken naar de uitgevoerde programma’s en anderzijds een blik vooruit te werpen op de opgave die er ligt. Die blik vooruit was in drie delen geknipt: een over de bestaande voorraad en de mogelijke aanpassingen, een over de energie-infrastructuur en tot slot de financiële kaders waarbinnen dit allemaal gerealiseerd dient te worden. Een heel brede blik, waarin de vraag naar voren komt: Hoe gaan we de bestaande bouw verduurzamen?

    Lees meer

  • Worstelen met duurzaamheid

    Duurzaamheid is het thema waar veel corporaties zich op dit moment mee bezighouden. Het besef dát men er zich mee moet gaan bezighouden is de laatste jaren gegroeid. En men is er zich ondertussen ook van bewust dat duurzaamheid meer is dan een energielabel. Maar wát dat dan is, hoe je het uit gaat voeren en hoe je het gaat financieren, dat zijn weer hele andere vraagstukken. Het is als het bouwen van een object, zonder voorbeeld, een berg aan beschikbare onderdelen, maar je weet niet welke wel goed zijn en welke niet goed zijn en daar komt bij dat je al het idee hebt dat wat je wil niet eenvoudig te financieren is….
    Tot op dit moment stond duurzaamheid in de corporatiesector synoniem aan energiebesparing. Het volgen van de Trias Energetica om op die manier het energieverbruik van het wonen en bewonen te reduceren. Dit heeft geleid tot nul-energiewoningen, passiefhuizen en zo voorts. Op zichzelf een goed uitgangspunt, energie is een belangrijk onderdeel van duurzaamheid. Er is echter meer dan dat. Om na te gaan hoe men in het verleden over duurzaamheid dacht, geven de drie basisprincipes van Vitruvius houvast: Venustas, Firmitas en Utilitas, ofwel schoonheid, stevigheid en functionaliteit. Een gebouw dat mooi is, degelijk en goed te gebruiken is voldoet aan alle kenmerken en zal geruime tijd dienst doen. Twee zaken hierin zijn opvallend. Aan de ene kant dat hier nog niet over energie wordt gerept, maar dat was twee duizend jaar geleden geen item. Aan de andere kant dat het niet zozeer om materialen en technieken gaat, maar om prestaties, zoals functioneel, degelijk en mooi, de Trias Solida. De duurzaamheid benaderingen in onze tijd gaan veel meer uit van technocratische eigenschappen met materialenlijsten, eco-scores of keurmerken. Het zijn verdergaande uitwerkingen van de drie basisprincipes.

    Trias Solida_1000_BouwhulpGroepLees meer

  • De vraag in kaart

    De woning die er nu staat biedt op dit moment een antwoord aan een bepaalde vraag. Zij is ooit door de bewoner uitgezocht met behulp van een wensenpakket, het aantal vertrekken, de grootte, locatie aanwezigheid van voorzieningen hebben hierin een rol gespeeld. Maar die vraag verandert door de jaren heen. Leeftijd, gezinssituatie, inkomens, maar ook trends en ontwikkelingen in het wonen, zorgen ervoor dat aanpassingen nodig zijn. Deze aanpassingen kunnen gerealiseerd worden binnen de aanpassingscycli van de woning. Met een renovatie of onderhoudsingreep kunnen kwaliteiten worden toegevoegd. Deze ingrepen bieden de kans om de woning te verbeteren. Om deze verbetering aan te laten sluiten, is het nodig om niet alleen te kijken naar de technisch noodzakelijke ingrepen, maar moet ook gekeken worden naar welke vragen er op dat moment zijn. Deze stap lukt meestal wel. Op basis van ervaring, eventueel aangevuld met een onderzoek, kan een programma voor dit moment worden opgesteld. Veel verder kijken wordt al moeilijker.
    En toch is dat wat er moet gebeuren. Renovatie is voor de langere termijn. Als we nu iets doen dan vinden er de komende vijftien, dertig of zelfs vijfenveertig jaar geen noemenswaardige werkzaamheden meer plaats. Alleen kijken naar het programma van dit moment is dan ook niet voldoende.

    Puzzel van de programmastudie_1000_BouwhulpGroep
    Lees meer

  • Het oog wil ook wat

    De laatste tijd staan energetische verbeteringen weer hoog op de agenda. Veel nieuwbouwprojecten, maar ook renovatieprojecten zijn stilgevallen. Als projecten doorgaan dan zijn het vooral projecten waar de energieambities hoog liggen. Helemaal niets mis mee. Sterker nog, we moeten de bestaande woningvoorraad gaan verbeteren op het energetisch vlak, anders komt de kwaliteit van de huidige voorraad veel te ver achter te liggen bij nieuwbouw. Maar het lijkt erop dat alleen energie de boventoon gaat voeren, met het risico dat andere kwaliteiten achter blijven.

    Het gevaar zit erin dat, om maar te voldoen aan de eisen vanuit het energievraagstuk, daar direct naartoe wordt gerekend. Ontwerpen begint met de eindkwaliteit die je voor ogen hebt en niet met de calculator in de hand. In een onlangs gehouden lezingenserie , waarin renoveren met hoge ambities centraal stond, zijn vijf verschillende kwaliteiten genoemd, die een rol spelen als je hoge ambities wil realiseren. De woning moet ruimte (1) bieden, zowel in vierkante meters als in een ruimtelijke ervaring. De woning moet comfortabel (2) zijn, een gezond binnenklimaat, maar ook regelbaar naar de wens van de bewoner. Bovendien moet er ruimte zijn voor aanpassingen in de tijd (3). Ruimten benutten voor andere functies, maar ook uitwisselen van aangebrachte producten en technieken om nu en in de tijd aan de wensen te voldoen. Dit alles moet niet enkel worden samengevoegd (stapelen), maar het moet bewust ontworpen worden (integreren). De interne verdeling van de vertrekken, maar juist ook het beeld (4), vormen een belangrijk kwaliteit van een grote ingreep. Indien deze vier kwaliteitsaspecten worden ingevuld, dan kan vervolgens de bijbehorende energetische ambitie (5) worden nagestreefd.

    Lees meer

  • De toekomst is aan renovatie toe

    De bestaande bouw heeft de toekomst. Langzamerhand zie je dan ook de markt verschuiven van nieuwbouw naar de bestaande bouw. Renovatie wordt belangrijk. Tijdens het symposium ‘Onderwijs, de basis voor toekomstgerichte renovatie’ stond de toekomst van renovatie centraal. Hoe ziet de toekomstige renovatieopgave eruit, en specifiek de vraag: Welke kennis is er nodig om hiermee aan de slag te gaan? Om in de toekomst de renovatieopgave van passende antwoorden en oplossingen te voorzien en een rol in die markt te kunnen blijven spelen, zullen de opleidingsinstituten hier aandacht aan moeten besteden. Aan de ander kant zullen ook de mensen die vandaag de dag in de praktijk bezig zijn met andere competenties en werkterreinen aan de slag moeten. De veranderingen worden deze middag nader toegelicht. Een van de drie thema’s die centraal stonden deze middag is het thema ‘grondstoffenbank’. In een inleidende presentatie worden stellingen benoemd, die vervolgens in één van de de workshops met de deelnemers verder worden uitgewerkt.

    Lees meer

  • Trias Solida

    Onderhoud en renovatie bieden de kans om gebouwen weer naar het gewenste kwaliteitsniveau te brengen. Daarmee zijn deze ingrepen een essentieel onderdeel van de manier waarop we met woningen omgaan. Het zoeken naar efficiënte en effectieve oplossingen om met de huidige woningen om te gaan vormt de uitdaging. Hierin zijn de manier waarop de maatregel wordt aangeboden (product of dienst), maar ook de benadering (traditioneel of buiten de bestaande kaders) de vernieuwende aspecten.
    Aan de ene kant proberen we met de woningen een behoefte in te vullen. We willen graag ergens wonen waar we het naar onze zin hebben, waar we het comfortabel en hebben en waar we ons thuis voelen. Aan de andere kant moeten we dit op een zo ‘duurzaam’ mogelijke manier doen.
    Met de Trias Solida in gedachte kunnen we onze woon- en leefwensen invullen. Vrij vertaald betekent het dat we goede stevige woningen maken, die lang mee kunnen gaan. Door de woningen lang mee te laten gaan worden er beperkt (nieuwe) grondstoffen gebruikt. De woningen zijn afgestemd op het gebruik en de gebruikers, dus met mogelijkheden om gebouwen aan te passen aan een wisselend gebruik. Ook hierdoor wordt er efficiënt met de beschikbare grondstoffen (materiaal, water en energie) omgegaan. Boven alles zijn de woningen mooi en willen we er graag wonen, we voelen ons thuis.

    De Trias Energetica is bekend. De Trias Solida hanteert dezelfde benadering, maar dan vanuit duurzaamheid in een breed perspectief. Het gaat daarmee in op de mogelijkheden voor de toekomst van de renovatie. Welke prestaties moet de renovatie tot gevolg hebben, maar vooral ook op welke manier dit verwezenlijkt wordt.

    Tijdens het symposium ‘onderwijs, de basis voor de toekomstgerichte renovatie’ ‘stonden drie thema’s centraal; denken als gebruiker, Mekea en Trias Solida. Ze typeren de omslag die nodig is bij het verbeteren van woningen. Van de vraag van de gebruiker, naar de wijze van aanbieden, om bij een duurzame invulling van die opgave uit te komen. Tijdens het symposium is het ‘Manifest Renovatie 2020’ opgesteld, waarin deze thema’s in hun samenhang een plek krijgen.

    [youtube=http://youtu.be/2sgO5-OVw3M]

  • 1 + 1 = 3

    Woningverbetering kent vele thema’s. Ieder periode waarin de woning verbeterd wordt kent zijn eigen oneliners. De ene keer is het comfort, de andere keer energie, en weer een andere keer zorg of levensduurbestendigheid. Het opvallende is dat deze thema’s telkens terug komen. Daar komt bij dat de oplossingen voor veel thema’s niet drastisch verschillen van elkaar. Het is het accent dat eraan wordt gegeven waarom een oplossing past binnen het huidige thema (of noem het trend).  Bij de verbeteringen die worden gerealiseerd zijn verschillende kwaliteitsaspecten waar aandacht aan kan worden besteed.  Het gaat erom te zoeken naar de aspecten die elkaar versterken om een zo optimaal mogelijk rendement te krijgen.

    Ruimte

    Twee aspecten die veelvuldig terugkomen bij woningverbetering  zijn ruimte en energie. Die twee samen bepalen grotendeels het toekomstperspectief  van de woning. De beschikbare ruimte bepaalt de gebruiksmogelijkheden van het gebouw, welke doelgroep, groeimogelijkheden en functiedeling.  Dit gaat verder dan het aantal vierkante meters. Het gaat onder meer over de verdeling van de vertrekken, de aanwezigheid van een extra voorziening zoals een serre, balkon of buitenruimte, maar ook over de mogelijkheid voor zorg of werken aan huis. Het aspect ruimte bepaalt je leefgebied binnen de woning. Als we naar onszelf kijken dan willen we zoveel mogelijk leefruimte, maar wel binnen financiële grenzen die we daaraan stellen. We willen graag grote vertrekken of juist meer vertrekken, het biedt ons de ruimte om een eigen invulling te geven aan de manier van wonen.

    Gevel-BouwhulpGroep

    Energie

    Energie gaat eigenlijk over ‘niet-energie’. Hoe je zo min mogelijk energie verbruikt tijdens het wonen. Ook dit is meestal ingegeven vanuit financieel oogpunten en veel minder vanuit de betrokkenheid bij het milieu, maar dat is een tweede ding. De betaalbaarheid van het wonen is hier voor bewoners het meest belangrijk, het beschikbare budget.

    Met isoleren kom je al een heel eind. De bestaande woning kan dan een beperking zijn, het is zoeken naar de best passende oplossing. Waar kun je isoleren (dak, gevel, vloer) en wat bereik je er mee? Het is een afweging tussen de te bereiken prestatie en de daarmee gemoeide kosten. Vaak zijn er aanvullende installaties nodig om het eindresultaat zo optimaal mogelijk te maken. Het lijkt echter wel of het rendement van de apparaten recht evenredig toeneemt met de omvang ervan. WTW, warmtepomp of zonneboilers, in toenemende mate hebben ze een ruimtebeslag op de woning.

    Misschien ligt de oplossing in het samenvoegen van twee belangrijke thema’s; ruimte en energie. Het toevoegen van ruimte geeft daarmee niet alleen leefruimte, maar tevens opstelruimte voor installaties. De woning als geheel wordt daarmee beter bruikbaar. Het enkel toevoegen van ruimte levert meer kwaliteit, net als het enkel toevoegen van energetische prestaties. De optelsom van de twee verbeteringen, ruimte én energie, biedt een nog hogere kwaliteit. Dat is waar we naar op zoek zijn.

    Zoeken naar oplossingen

    Het verbeteren van de kwaliteit van de bouw hangt van vele aspecten af. Sommige aspecten werken mét elkaar, andere juist niet. Het gaat erom bij de oplossingen de samenhang te zoeken tussen de deelaspecten. In dit voorbeeld zijn ruimte en energie gebruikt, maar het zijn slechts voorbeelden. Het gaat erom dat maatregelen niet vanuit één aspect worden bedacht. Het eenzijdig benaderen van een probleem (of trend) geeft wel verbetering, maar die verbetering had meer op kunnen leveren. In bovenstaand voorbeeld leveren zowel energetische verbeteringen als het toevoegen van ruimte afzonderlijk een betere woning op. Het gelijktijdig toepassen van de verbeteringen levert nog meer op. Het is het zoeken naar de tweecomponentenlijm van de bouw, oftewel 1 + 1 = 3.  Door de juiste gecombineerde verbeteringen uit te voeren een optimaal resultaat te verkrijgen.

     

  • Renoveren met hoge ambities

    Woningcorporatie GroenWest heeft gekozen om tien woningen uit de reguliere renovatieopgave te halen en te kijken wat de mogelijkheden zijn als je kiest voor renoveren met hoge energieambities. De tien woningen aan de Poorterstraat zijn gerenoveerd aan de hand van de principes van Active House. Comfort, energie en milieu vormen drie belangrijke pijlers voor de totale prestatie.

    Active House

    Aanpak
    Het project in Montfoort is de eerste renovatie die volgens deze principes is gedaan. Om hier invulling aan te geven zijn er negen individuele verhalen benoemd, met uiteenlopende thema’s. Deze thema’s gaan in op ruimte, ruimtelijkheid, energiebesparing, energieopwekking, binnenklimaat, beeld, daglicht, waterhuishouding en uitrusting. Uiteindelijk zijn de negen verhalen samengevoegd in het integrale ontwerp. Hierin worden de individuele verhalen afgewogen en komt het plan tot stand. Dit is verwoord in de beeldkwaliteit en de bijbehorende prestaties. In een consortium (BouwhulpGroep, Nieman, Bam, Danfoss en Velux) is dit verder uitgewerkt.

    Uitwerking
    Het gebouw is een optimale mix tussen isolatie en installatie. De gevels zijn vernieuwd en beter geïsoleerd, voor zover dat op de bestaande fundering en met passende beeldkwaliteit mogelijk was. Het dak is volledig vernieuwd en ook de vloer is geïsoleerd. De woning heeft daarmee een volledig nieuwe schil gekregen. Vervolgens is de woning voorzien van een warmtepomp met vloerverwarming, wordt er gebruik gemaakt van vraaggestuurde ventilatie en zijn er pv-panelen en een zonneboiler geplaatst. Al deze oplossingen zijn echter ondersteunend aan de totale kwaliteit van de woning. Wat vroeger een bergzolder was, enkel toegankelijk via een vlizotrap, is nu een grote lichte extra verdieping geworden. De woningen met het typische jaren ’70 dak tot bijna op de straat hebben nu een dakvlak met ritme dat energie opwekt voor de bewoners. Het binnenklimaat kan door de installatie geregeld worden, maar ook door het openen van ramen of het sluiten van de zonwering kan een binnenklimaat naar wens worden verkregen. In de zomersituatie fungeert het trappenhuis als een natuurlijk afvoerkanaal, in de wintersituatie brengt het juist licht van buiten tot beneden in de woonkamer.

    Ambities
    Met deze aanpak is het renoveren met hoge ambities opnieuw vormgegeven. Het laat zien wat de mogelijkheden zijn, juist met het bestaande als uitgangspunt. Door ruimte en ruimtelijkheid aan de woningen toe te voegen kunnen ze voor verschillende doelgroepen gebruikt worden. Er is gezorgd voor een comfortabel binnenklimaat, dat efficiënt met energie omgaat. De woningen onderscheiden zich van de rest van de wijk door hun moderne uitstraling, maar toch is de herkomst van de woningen terug te vinden. Het zijn nu woningen geworden die weer lang mee kunnen gaan en aan verschillende woonprogramma’s aan te passen zijn. Daarmee passen de integrale prestatie bij de kwaliteiten die horen bij de transformatie.

    Oh ja, de hoge energieambities zijn gehaald. Het gebouw gebonden energie gebruik wordt met de woningen zelf opgewekt en het label is A++.

    Meer informatie

    http://www.bouwhulp.nl/techniek/montfoort_poorterstraat.php

    http://hollandsontwerp.wordpress.com/2013/04/26/besparen-en-verrijken/ (FILM)

    http://www.velux.nl/professionals/architecten/duurzaamheid/duurzameprojecten/de_poorters

  • Remmen of gas geven?

    Voor veel professionele woningbezitters is het de laatste tijd een pas op de plaats. Alle nieuwe ideeën ten spijt om woningen beter, mooier, groter of energiezuiniger te maken wil men eerst meer duidelijkheid over de financiële situatie. Hoe zien de economische ontwikkelingen eruit en welke uitwerking hebben de kabinetsplannen voor corporaties? Is er straks nog wel geld om te investeren? Deze onzekerheid leidt er bij veel corporaties toe dat er momenteel helemaal niets gebeurt. Eerst afwachten wat er nu definitief uitkomt alvorens actie te ondernemen. De vraag is echter of afwachten de juiste keuze is.

    Er zijn allerlei plannen (in verschillende stadia) die een invloed hebben op de corporatiewereld. Denk aan de gevolgen van extra huurverhoging, de verhuurdersheffing, omschakeling van het puntenstelsel naar de WOZ-waarde, veranderingen van de hypotheekrenteaftrek, maar ook het feit dat gemeenten de corporaties moeten gaan aansturen en dat de omvang van een corporatie aan moet sluiten bij de schaal van de regionale markt. Allerlei onzekerheden die het dagelijkse reilen en zeilen van de woningcorporaties raken.

    Aanbieden en beheren

    Als we goed kijken naar de taken van een woningcorporatie dan bestaan die uit het verhuren en beheren van woningen. Het verhuren bestaat voornamelijk uit het aanbieden en administreren van de woning, gericht op de verschillende doelgroepen. De betaalbaarheid van het wonen speelt hierbij een rol. Eenmaal verhuurd dan moet de woning door de jaren heen beheerd worden. Klachten- en mutatieonderhoud, en eens in de zoveel tijd is er planmatig onderhoud nodig, al dan niet gecombineerd met woningverbetering.

    Bouw_BouwhulpGroep_01

    En juist met woningverbetering wordt nu een pas op de plaats gemaakt. Er wordt niet meer geïnvesteerd, in afwachting van duidelijkheid. Planmatig onderhoud vindt nog wel plaats, dat wordt ingegeven vanuit de meerjarenbegroting. Al wordt ook daar steeds meer gezocht naar kostenreductie. Het zijn echter de woningverbeteringen die achterblijven. Er is geen financiële ruimte, of men wil geen ruimte maken om te investeren in de kwaliteitsverbetering van de bestaande woningen. Daar komt bij dat veel woningen nu ongeveer vijftig jaar oud zijn en in corporatietermen ‘afgeschreven’. Het is voor die woningen nu een natuurlijk moment om een beslissing te nemen voor de toekomst. Gezien vanuit het eind van de exploitatie is er geen financiële ruimte voor grote veranderingen, of er moet een herpositionering van de woning plaats vinden. En dat vraagt weer om een extra investering op dit moment. Bij een goed opgezette exploitatie kan die terugverdiend worden en wordt het vastgoed in stand gehouden.

    Op de rem

    Dit neemt niet weg dat de investeringen nu moeten worden genomen. Echter gezien de huidige economische situatie wordt er op de rem getrapt met nieuwe investeringen. Het gevolg is dat er dan vaak wordt gekozen voor een minimale variant, waarbij alleen noodzakelijk onderhoud wordt gepleegd. Dat betekent dat de komende periode (tien tot vijftien jaar) er verder niets meer aan die woning gebeurt, terwijl er juist wel behoefte is aan een kwaliteitssprong. Door nu op de rem te trappen wordt de woning eigenlijk voor vijftien jaar stil gezet. En als de woning over vijftien jaar weer aan de beurt komt voor verbetering, dan kan alleen met een hele grote stap (en kosten) de woning weer op niveau worden gebracht.

    Voor de bestaande bouw is het dan ook helemaal niet goed om op de rem te trappen. Er moet juist gas worden gegeven. In plaats van woningen minimaal op te knappen moet er vooruit gekeken worden hoe we nu kwaliteit voor de lange termijn kunnen genereren. Juist ondanks alle randverschijnselen om ons heen. Onderhoud moet niet worden gezien als een kwaad, het biedt juist kansen om een woning weer te voorzien van een nieuwe kwaliteit. Bij lastige situaties is onze eerste reflex om op de rem te trappen. Maar juist door meer gas te geven kun je grip op de situatie krijgen, kom je uit de slip en krijg je een voorsprong. Zeg het maar wat gaat u doen, remmen of gas geven?